Examples of using "Comimos" in a sentence and their dutch translations:
- We hebben gegeten.
- We aten.
We hebben al gegeten.
- Wij aten samen.
- We hebben samen gegeten.
We aten een paar appels.
We aten aardappelsoep.
We hebben rijst met curry gegeten gisteravond.
We hebben eieren gegeten.
We hebben enkele dagen geen vlees gegeten.