Examples of using "Cargó" in a sentence and their dutch translations:
De persoon droeg de piano.
Tom laadde de vrachtwagen in met zand.
Tom droeg Mary op zijn schouders.
- Tom droeg Mary op zijn rug.
- Tom droeg Mary op z'n rug.
De oude man belaadde zijn muildier met zakken zand.
Bij de Slag bij Jena negeerde Ney zijn bevelen en stormde recht op de Pruisische linies af,