Translation of "Cómoda" in Dutch

Es una silla cómoda.

Dit is een gemakkelijke stoel.

Esta silla es muy cómoda.

Deze stoel is heel comfortabel.

Se siente cómoda en su casa.

Ze voelt zich op haar gemak in hun huis.

Me siento cómoda cuando estoy con ella.

Ik voel mij goed bij haar.

Necesitamos que la gente se sienta cómoda buscándolos.

moeten mensen zich op hun gemak voelen om ze op te zoeken.

Mi casa es más cómoda que la tuya.

Mijn woning is gerieflijker dan de uwe.

Para decir «vivir una vida cómoda», los alemanes dicen «vivir como Dios en Francia».

Als ze het over een gemakkelijk leven hebben, zeggen Duitsers "leven als God in Frankrijk".

- No se preocupe, -dijo Dima, intentando que la mujer se sintiera más cómoda- no es mía.

"Maakt u zich geen zorgen," probeerde Dima de vrouw gerust te stellen. "Het is niet van mij."