Examples of using "карта" in a sentence and their dutch translations:
Dit is een kaart.
De kaart hangt aan de muur.
We hebben een kaart nodig.
Ik heb een plattegrond nodig.
- Heb je een kaart van Boston?
- Hebben jullie een kaart van Boston?
- Er hangt een kaart aan de muur.
- Aan de muur hangt een kaart.
Tom heeft een kaart.
Er ligt een kaart op tafel.
Hier is een grote kaart van Duitsland.
Een kaart helpt ons bij de studie van de aardrijkskunde.
de Gali-Peters projectie gebruiken. Deze wordt een 'gelijke oppervlakte kaart' genoemd
Ik zou graag een stadsplattegrond willen hebben.
Ik heb een kaart van de wereld.
Ze heeft een Gold creditcard.
Hebben jullie een kaart van Boston?
En zelfs dan is het onmogelijk om hem helemaal plat te krijgen.
We hadden een kaart bij ons voor het geval we verdwaalden.
De landkaart op bladzijde elf lijkt vreemd. Draai ze op haar kop en dan zal ze je bekend voorkomen.
Heb je een creditcard?
Als je een kaart wil zien die een meer betrouwbaar beeld geeft van grootte, kan je