Examples of using "даю" in a sentence and their dutch translations:
Ik geef je mijn woord.
- Ik geef u mijn woord.
- Ik geef je mijn woord.
- Ik beloof het.
- Ik beloof het je.
- Ik beloof het.
- Jullie hebben mijn woord.
- Ik beloof het je.
- Ik geef jullie een laatste kans.
- Ik geef je één laatste kans.
Ik geef mijn woord.
Ik geef het je voor niets.
Ik geef je vijf dollar.
Ik geef je één laatste kans.
Ik geef het boek aan een vriend.
Daarom geef ik het aan jou.
Ik geef het je voor niets.
Ik zet mijn volledige gewicht erop.
- Ik trakteer.
- Ik geef het je voor niets.
Ik geef jullie een laatste kans.
Ik ga je nog een kans geven.
Ik geef je vijf dollar.
Ik geef je een tweede kans.
- Ik geef u een dag om erover na te denken.
- Ik geef je een dag om erover na te denken.