Examples of using "Suja" in a sentence and their dutch translations:
Het bad is vuil.
Het mes is vies.
Het kind is vies.
De koelkast is vies.
Je moet je vuile was niet buiten hangen.
De kleine koelkast is smerig.
Vervuild water kan tot ziekten leiden.
Je moet je vuile was niet buiten hangen.
Mijn kleren waren vuil van de olie.
Waarom is de tafel vies?
De ingang van het toilet is erg vies.
Deze kleding is vuil en moet gewassen worden.
Deze tv-presentator is alleen maar een vuilbek.
- In de koffer was niets op vuile kleren na.
- In de koffer zaten alleen vuile kleren.