Examples of using "보이세요" in a sentence and their dutch translations:
Zie je dat?
Zie je al die vliegen?
Zie je de larven?
Wat zie je nu?
Zie je die stukjes noot?
Tandafdrukken. Zie je dat?
Wacht eens, kijk. Zie je al die vliegen?
Ja, kijk. Zie je de larven?
Zie je die kleine gele bloem aan de gaspeldoorn? Dat gele?
Zie je dat gat daar? Slangengat.
Zie je die kleine gifbuidel op zijn rug?
Zie je de schaduw van de zon hier?
Kijk eens. Zie je die kleine gifbuidel op zijn rug?
Er zit zelfs een krekel in, zie je dat?
Probeer er een uit te halen. Zie je dat? Het is niet verteerd.
Daar gaat hij op af, zie je het karkas daar beneden?
Goede vondst. Goed gedaan. Daar is licht, zie je dat?