Examples of using "Pensò" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb echt wat nieuwe kleren nodig, dacht Dima.
- Ik heb echt wat nieuwe kleren nodig, dacht Dima.
- "Ik heb echt nieuwe kleren nodig" dacht Dima.
- Ze bedacht een goede oplossing.
- Ze heeft een goede oplossing bedacht.
- Hij heeft een goede oplossing bedacht.
- Hij bedacht een goede oplossing.
Later, in zijn hotelkamer, dacht hij aan haar, aan dat ze hem morgen waarschijnlijk zou ontmoeten.