Examples of using "Nave" in a sentence and their dutch translations:
- Verlaat het schip!
- Verlaat het schip.
Waar is het schip?
Het schip is nu in de haven.
Hij is aan boord van het schip.
Het schip zinkt!
Sommige schepen kwamen uit Europa.
Het schip zinkt!
Er zijn veel ratten op het schip.
Elk schip heeft een kapitein nodig.
Het schip passeerde onder de brug.
Het schip verdween achter de horizon.
Is Tom nog steeds de kapitein van jouw schip?
Het schip vervoert grondstoffen vanuit Indonesië.
Het schip is onderweg naar Finland.
- Schip ahoi!
- Schip in zicht!
Dit schip vaart naar Vancouver.
Het schip is nu in de haven.
Tom ontdekte een fout in het ontwerp van het schip.
Het schip zonk met bemanning en al.
Elk schip heeft een kapitein nodig.
Het oude schip was vol vissen.
Een schip dat olie vervoert, wordt een olietanker genoemd.
en om ter plekke gegevens te verzamelen, heb je een groot schip nodig
Een kapitein is verantwoordelijk voor zijn schip en zijn bemanning.
Met een enorme zwaai tilt hij de knappe prinses op en gooit haar overboord.
Iedereen haastte zich naar de andere kant van het schip, om te zien wat er gebeurde.
In een schip zitten is in de gevangenis zitten, met de kans op verdrinken.
Deze tanker vaart naar Koeweit.