Examples of using "Confuso" in a sentence and their dutch translations:
Ik was verward.
- Hij is verward.
- Hij is in de war.
- Je bent verward.
- Je bent in de war.
Tom was in de war.
- Tom ziet er verward uit.
- Tom kijkt verward.
Wie is verward?
- Tom leek verward.
- Tom leek in de war.
- Tom bleek in de war.
Ik was verward.
Ik ben verward.
Ik ben helemaal in de war.
Tom voelde zich in de war.
Tom was enigszins in de war.
Tom raakte steeds meer in de war.
- Ik ben nog steeds in de war.
- Ik ben nog steeds verward.
Tom is in de war.
Tom raakte in de war.
Ik was woedend en in de war.
Ik dacht dat Tom verdwaald was.