Examples of using "C'era" in a sentence and their dutch translations:
Wat zat erin?
Het was koud.
Het was zo donker.
- Er was veel wind.
- Het was heel winderig.
Er was daar niemand.
Er was muziek.
Er was eens ...
Er was niemand in de kamer.
Er was niemand in de tuin.
- Er was geen levende ziel.
- Er was daar geen kat.
Er was een brug daar.
- Er was doodse stilte.
- Er was volledige stilte.
- Er heerste doodse stilte.
Het weer was gisteren zonnig.
Er was een lange brief.
Er lag geen enkel boek op het bureau.
Er was helemaal geen wind gisteren.
- Ik stond op toen het nog donker was.
- Ik ben opgestaan toen het nog donker was.
Er was daar een grote menigte.
Er was niemand in de tuin.
Niemand was thuis.
Was er zo-even een boek op het bureau?
Er was niemand in de kamer.
Gisteren was het volle maan.
Was Tom daar?
Er zat een kat op de tafel.
Lang geleden was hier een brug.
Er was eens een klein beekje.
en de spiegel weg is.
"Er was een vrouw die het erover had
Er was geen wolkje aan de hemel.
- Niemand was aanwezig.
- Er was niemand.
Gisteren was het kouder dan vandaag.
Het was heet. En het was ook heel klam.
Er zat helaas geen melk in de koffie.
In ons huis was er een reuzegrote gang.
dus er was geen gras.
toen er nog tijd was om in te grijpen.
Er stond een grote gouden ster op de deur.
- Lang geleden was hier een brug.
- Lang geleden was er hier een brug.
Er waren geen katten.
Als er een rivier door het heiligdom stroomde,
Ik ga vaak naar haar hol.
Sasha had een enorme buil op zijn hoofd.
Er was een meisje van vijf jaar in het gezin.
- Op tafel zat een kat.
- Er zat een kat op de tafel.
- Er was geen Duits leraar in onze dorpsschool.
- Er was geen leraar Duits in onze dorpsschool.
Tom was er gisteren niet.
Ik vond een grote metalen poort waar ik op wilde klimmen...
Er waren eens een arme man en een rijke vrouw.
Er was geen leraar Duits in onze dorpsschool.
- In de kamer stond een piano, maar er was niemand die erop speelde.
- Er was een piano in de kamer, maar niemand speelde erop.
Er waren veel mensen in het park.
Er was niets in de kamer, behalve een oude stoel.
Het was heel koud die nacht.
- Was je daar?
- Was u daar?
Alice heeft echt bestaan maar Wonderland is een fictief land.
En ergens wist het ook dat er helemaal geen andere weg was.
Midden in deze massa zat een kleine, eigenaardige steen,
Het regende sterk gisteren.
Links van me bevond zich een vreemde gedaante. Ik dook dieper...
Mijn zoon was toen erg geïnteresseerd in alles onder water.
In haar slaapkamer stond een tafeltje. En daarop stond een klein flesje.
Er was eens een vrouw die zo graag een kindje wilde hebben, maar zij wist absoluut niet waar ze dat kindje vandaan zou halen.
Jij was er niet.
- Het was warm gisternacht.
- Gisternacht was het heet.
Omdat er geen taxi was, moest ik te voet naar huis.
- Iene miene mutte, tien pond grutte, tien pond kaas, wie is de baas?
- Onder de piano lag een ei, in dat ei daar zat een brief, waarop te lezen stond wie is uw lief?
- Onder de piano ligt een flesje bier; al wie er van drinkt, stinkt!
- Op de brug zit een mug met haar muil wijd open; zeven ezels, achttien kwezels zijn erin gekropen.