Examples of using "Vermisst" in a sentence and their dutch translations:
- Tom mist je.
- Tom mist u.
- Tom mist jullie.
Tom mist Maria.
Tom mist je.
Tom mist u.
Ze mist hem.
Tom mist jullie.
Missen jullie Tom?
Mist u Boston?
Hij mist zijn gezin.
Hebt ge mij gemist?
Mis je je vrouw?
Hij mist zijn vrouw.
Ik heb je gisteren echt gemist!
Ik heb je gisteren echt gemist!
- Ik heb je zo erg gemist.
- Ik heb je zo gemist!
Drie mensen worden vermist na de overstroming.
Ik heb je gisteren echt gemist!
Ik heb je gister heel erg gemist.
Ik heb jullie zo gemist!
Ze mist hem.
We hebben u gisteren erg gemist.
Mist u Tom?
- Hebt ge mij gemist?
- Mis je me?
Mis je me niet?
Mijn vader mist mij en mijn moeder.
- Er is een kind vermist.
- Er wordt een kind vermist.
Ik heb het Britse accent heel erg gemist.
Mis je Tom niet?
Als je me mist, bel me.
Ik miste je vandaag, zoals iedere dag!
Het oude paar gaf hun zoon op als vermist.
- Hij mist haar.
- Ze mist hem.
We hebben u allemaal gemist.
Ik heb je erg gemist terwijl je in Frankrijk was.