Translation of "Lampe" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Lampe" in a sentence and their dutch translations:

Die Lampe ging aus.

De lamp ging uit.

Die Lampe ist kaputt.

De lamp is kapot.

Nicht jede Lampe ist magisch.

- Niet elke lamp is een toverlamp.
- Niet elke lamp is magisch.

Aladin fand eine wundersame Lampe.

- Aladdin vond een wonderlamp.
- Aladdin vond een wonderbaarlijke lamp.

Wie viel kostet diese Lampe?

Hoeveel kost die lamp?

- Stell die Lampe auf den Tisch.
- Stellen Sie die Lampe auf den Tisch.

Zet de lamp op de tafel.

- Die Lampe schaltet sich ein und aus.
- Die Lampe geht an und aus.

De lamp gaat aan en uit.

Eine Lampe hing über dem Tisch.

Er hing een lamp boven de tafel.

Ich habe eine alte Lampe gekauft.

Ik heb een oude lamp gekocht.

Stell die Lampe auf den Tisch.

Zet de lamp op de tafel.

Das Öl in der Lampe ist aufgebraucht.

De olie in de lamp is op.

Ich schaltete die Lampe aus und ging schlafen.

Ik deed de lamp uit en ging slapen.

Tom stellte die Lampe auf dem Nachttisch aus.

Tom deed de lamp op het nachtkastje uit.

Tom schaltete die kleine Lampe auf seinem Nachttisch ein.

Tom deed de kleine lamp op zijn nachtkastje aan.

- Meister Lampe schweißt am Löffel.
- Der Hase blutet am Ohr.

De haas bloedt aan het oor.

Ah, hier ist auch eine Lampe an der Decke. Siehst du?

En kijk... ...een streep licht daarboven.

- Tom schaltete seine Schreibtischlampe aus.
- Tom machte seine Lampe auf dem Schreibtisch aus.

Tom deed de bureaulamp uit.

- Aladin fand eine wundersame Lampe.
- Aladin fand eine Wunderlampe.
- Aladin hat eine Wunderlampe gefunden.

- Aladdin vond een wonderlamp.
- Aladdin vond een wonderbaarlijke lamp.
- Aladdin heeft een magische lamp gevonden.