Examples of using "Geschmolzen" in a sentence and their dutch translations:
De sneeuw is gesmolten.
Het ijs is gesmolten.
De sneeuw is al gesmolten.
Het ijs is gesmolten.
De sneeuw is gesmolten.
De volgende ochtend was de sneeuwpop volledig gesmolten.
- De volgende morgen was de sneeuwman helemaal gesmolten.
- De volgende morgen was de sneeuwman volledig gesmolten.