Examples of using "Esther" in a sentence and their dutch translations:
maar Esther niet.
Esther overleefde de Holocaust.
Dat had Esther kunnen zijn.
Esther is slim, grappig en aardig.
en Esther had interesse in wat ik aan het doen was,
Omdat Esther varkens een erepositie had gegeven
Omdat we door Esther niet meer de andere kant op kijken.
Ondanks dat we Esther nog maar een paar weken kenden,
We besloten een Facebookpagina speciaal voor Esther te maken.
We zagen geen spek meer. We zagen Esther.
We beseften dat het creëren van een band tussen Esther en haar nieuwe vrienden,
Esther was inmiddels zo'n 227 kilo zwaar.
We wisten niets over varkens toen Esther bij ons kwam,
Al onze kastjes hadden kindveilige sloten, maar die hielden Esther niet tegen.
Het is bijna onmogelijk om een huis te vinden voor een varken als Esther.