Examples of using "Poursuis" in a sentence and their dutch translations:
- Vertel verder.
- Ga verder met je verhaal.
Ga verder!
- Vertel verder.
- Ga door.
- Ga verder.
- Blijf doorgaan.
Blijf doorgaan.
- Ga door!
- Loop door!
- Blijf lopen!
- Ga verder!
Ga verder!
Ik vervolg.
Ga verder met je verhaal.
Ga verder.
- Volg je dromen.
- Volg uw dromen.
- Volg jullie dromen.
Blijf werken.
- Ik ga hem achterna!
- Ik achtervolg hem!
Ga verder!
- Ga door met je verhaal.
- Vertel verder.
- Ga verder met je verhaal.
- Doe voort aan je werk!
- Ga door met werken!
Werk voort!
Blijf werken.
- Ga je gang.
- Ga!
- Gaat uw gang.
- Zeg maar.
- Ga!
- Ga je gang!