Examples of using "Maisons" in a sentence and their dutch translations:
Die huizen zijn groot.
Wat zijn dat prachtige huizen!
Die huizen zijn groot.
Ik bouw stenen huizen.
Japanse huizen zijn klein.
Elk huis had een tuin.
Deze huizen zijn vijfhonderd jaar oud.
Houten huizen branden makkelijker.
Aardbevingen vernielen huizen.
Het vuur heeft tien huizen vernietigd.
De politieagent bezocht alle huizen.
Deze huizen werden tot de grond platgebrand door de vijand.
De mensen kwamen uit hun huizen naar buiten om naar zijn muziek te luisteren.
Zijn oom bezit niet minder dan tien huizen.
Hij woont zes huizen van me vandaan.
Hij weet niet wie deze huizen gebouwd heeft.
Er staan mooie huizen in deze buurt.
Het ziekenhuisbed van de toekomst zal in ons eigen huis staan.
De bezettingstroepen hebben in deze wijk heel wat huizen afgebroken.
Halfklaargemaakte maaltijden vergemakkelijken het leven van huisvrouwen.
We zagen een glad zilveren schijfje over de huizen zweven.
Verderop in deze straat staan veel grotere huizen.
Wie in een glazen huis woont, moet niet met stenen werpen.
Toms huis is maar drie straten verderop.
Er staan veel te veel huizen in dit deel van de stad.
...die bijna dagelijks bij huizen... ...dorpen en scholen verschijnen.
Meerdere huizen zijn geïsoleerd door de overstroming.
Hij noemt zich socialist, maar heeft twee huizen en een Rolls Royce.
Wie in een glazen huis woont, moet niet met stenen werpen.
Nee, de huizen in mijn dorp zijn niet hoog, maar de tuinen zijn groot.
Velen verloren hun huis na de aardbeving.
Het is een beschamend feit dat, terwijl er landen zijn waar mensen honger lijden, er in Japan veel huishoudens en restaurants zijn waar veel eten weggegooid wordt.