Examples of using "Treasure" in a sentence and their dutch translations:
Dag schat.
Wat een schat!
Tom heeft een schatkaart.
Deze schat is onschatbaar voor de mensheid.
De moedertaal is een onvervangbare schat.
Een goeie vriend is de mooiste schat.
De piraten begroeven de schat in de grond.
Men zegt dat daar een schat verborgen ligt.
Mijn grootvader was een piraat, een schattenjager.
Tom heeft de schat op de bodem van het meer gevonden.
Ze zeggen dat hier in de buurt een schat begraven ligt.
Wat voor de een afval is... ...is voor de ander een schat.
Ze landen op Lindisfarne, bekend als Holy Island, waar ze monniken afslachten, schatten