Examples of using "Traitor" in a sentence and their dutch translations:
Verrader!
Jij verrader!
- Jij bent een verrader.
- Je bent een verrader.
- Hij werd een verrader.
- Hij is een verrader geworden.
Ze is een verraadster.
Er is een verrader onder ons.
Er is een verrader onder ons.
Tom maakte Maria uit voor verrader.
Er is een verrader onder ons.
Vertaler, verrader.
Iedere agent in Amsterdam vindt me een verrader.
Ze noemden Greeley een dwaas en een verrader.
Bernadotte werd door de aanhangers van Napoleon als een verrader bestempeld - maar niet door Napoleon zelf.
Vertalingen zijn zelden helemaal juist. Zoals de Italianen zeggen, "traduttore, traditore".