Translation of "Choice" in Dutch

0.015 sec.

Examples of using "Choice" in a sentence and their dutch translations:

- There is no choice.
- There's no choice.

Er is geen keuze.

- We have no choice.
- We've no choice.
- We don't have a choice.
- We don't have any choice.

We hebben geen keus.

- I don't have a choice.
- I have no choice.
- I've got no choice.

- Ik heb geen keus.
- Ik heb geen alternatieven.

Make your choice.

- Maak uw keuze.
- Maak je keuze.
- Maak jullie keuze.

- There is no other choice.
- There's no other choice.

Er is geen andere mogelijkheid.

- You didn't have any choice.
- You had no choice.

Jij had geen keuze.

Probably a smart choice.

Slimme keus, waarschijnlijk.

You had no choice.

- Je kon niet kiezen.
- Jij had geen keuze.

I have no choice.

Ik heb geen alternatieven.

That's an excellent choice.

Het is een uitstekende keuze.

The choice is yours.

De keuze is aan u.

We've got no choice.

We hebben geen keus.

It's an easy choice.

Het is een gemakkelijke keuze.

There's no other choice.

Er is geen andere mogelijkheid.

Tom has no choice.

Tom heeft geen keus.

- Good pick!
- Good choice!

- Een goede keuze!
- Goede keuze!

That's a good choice.

Dat is een goede keuze.

- That was not a good choice.
- That wasn't a good choice.

Dat was geen goede keuze.

- I know I have no choice.
- I know I don't have a choice.
- I know that I have no choice.

Ik weet dat ik geen keuze heb.

I don't have a choice.

Ik heb geen keus.

Do we have a choice?

Hebben we een keuze?

I gave Tom a choice.

Ik gaf Tom een ​​keuze.

What choice did I have?

Welke keuze had ik dan?

Does Tom have a choice?

Heeft Tom een keuze?

Tom gave me no choice.

Tom gaf me geen keus.

He didn't have another choice.

Hij had geen andere keuze.

The burqa is a choice.

De boerka is een keuze.

You made a wise choice.

Je hebt een verstandige keuze gemaakt.

Tom may have no choice.

Tom heeft misschien geen keuze.

I don't see much choice.

Ik zie weinig keus.

It was a bad choice.

Het was een slechte keuze.

We don't have any choice.

We hebben geen keus.

There is no other choice.

Er is geen andere mogelijkheid.

- I'm afraid we have no choice.
- I'm afraid that we have no choice.

Ik vrees dat we geen keuze hebben.

- We have no choice but to kill.
- I have no choice but to kill.

- Er zit niks anders op dan hem te doden.
- Er zit niks anders op dan haar te doden.

- There is no other choice.
- There is no other way.
- There's no other choice.

Het kan niet anders.

Your choice, what's it gonna be?

Jouw beslissing. Wat wordt het?

[Bear] This was a great choice.

Dit was een hele goede keuze.

I had to make a choice.

Ik moest een keuze maken.

That sounds like a good choice.

Dat klinkt als een goede keuze.

I'm afraid we have no choice.

Ik vrees dat we geen keuze hebben.

Tom says he has no choice.

Tom zegt dat hij geen keuze heeft.

Tom doesn't really have much choice.

Tom heeft niet echt veel keuze.

Tom and Mary have a choice.

Tom en Mary hebben een keuze.

Tom and Mary had a choice.

Tom en Mary hadden een keuze.

That would've been my second choice.

Dat zou mijn tweede keuze geweest zijn.

I see I have no choice.

Ik zie dat ik geen keus heb.

- I don't think I have any choice.
- I don't think that I have any choice.

Ik denk dat ik niet veel keus heb.

- Tom said I made the wrong choice.
- Tom said that I made the wrong choice.

Tom zei dat ik de verkeerde keuze had gemaakt.

Tom didn't know at the time that a Choice Mom was a Single Mothers by Choice.

Tom wist toen nog niet dat een bommoeder een bewust ongehuwde moeder is.

We have no choice but to pay.

hebben we geen andere keuze dan te betalen.

So I had to make a choice.

Dus moest ik een keuze maken.

[Bear] Don't forget, this is your choice.

Dit is jouw keuze.

Because they don't have any other choice.

Omdat ze geen andere keuze hebben.

I had no choice but to stay.

Ik had geen andere keuze dan te blijven.

We have a wide choice of books.

We hebben een ruime keuze aan boeken.

We don't have much of a choice.

We hebben niet echt veel keus.

We have no choice but to go.

We hebben geen andere keuze dan weg te gaan.

How is that not a better choice?

Hoe is dat geen betere keuze?

Tom and Mary don't have a choice.

Tom en Mary hebben geen keus.

Tom and Mary didn't have a choice.

Tom en Mary hadden geen keus.

So, what do you reckon? It's your choice.

Wat denk je? Aan jou de keus.

Whatever your unit of choice is in mass.

al naargelang welke eenheid je verkiest.

You have three seconds to make your choice.

Je hebt drie seconden om een beslissing te nemen.

Do you think you've made the wrong choice?

- Denk je dat je de verkeerde keuze hebt gemaakt?
- Denk je dat je de foute keuze gemaakt hebt?
- Denkt u de foute keuze gemaakt te hebben?

You have your choice between this and that.

Ge kunt kiezen tussen deze en deze.

The garrison saw no choice but to surrender.

Het garnizoen werd tot capitulatie gedwongen.

So, if you have a choice, avoid the eggs!

Dus als je de keus hebt, laat de eieren dan staan.

So grab your touchscreen device and make a choice.

Pak je touchscreenapparaat en maak een keuze.