Translation of "Drink" in Polish

0.011 sec.

Examples of using "Drink" in a sentence and their polish translations:

Drink!

Pij!

Ik drink.

Piję.

Drink je?

Pijesz?

Drink iets.

Napij się.

Drink niets.

Nic nie pij.

- Ik drink water.
- Ik drink het water.

Piję wodę.

Ik drink nooit.

Nigdy nie piję.

Ik drink melk.

Piję mleko.

Eet en drink.

Jedz i pij.

Drink dat niet!

Nie pij tego.

Ik drink koffie.

Piję kawę.

Ik drink niet.

Nie piję.

Ik drink bier.

Piję piwo.

Drink meer water.

Pij więcej wody.

Wat drink je?

Co pijesz?

Ik drink niets.

Nic nie piję.

Drink dit sap!

Pij ten sok.

Ik drink water.

Piję wodę.

Drink geen alcohol.

Nie pij alkoholu.

Drink je melk.

Wypij swoje mleko!

Drink je wijn?

Pijesz wino?

Ik drink geen wijn.

Nie piję wina.

Ik drink geen bier.

Nie piję piwa.

Ik drink geen water.

Nie pijam wody.

Ik drink geen koffie.

Nie piję kawy.

Hier, drink dit op!

Masz, wypij to.

Ik rook noch drink.

Ani nie palę, ani nie piję.

Ik drink geen wodka!

Nie piję wódki!

Drink je veel melk?

Pijesz dużo mleka?

Drink je melk op.

Wypij swoje mleko.

Ik drink ook thee.

Piję też herbatę.

Ik drink vaak thee.

Często piję herbatę.

Ik drink zelden bier.

Rzadko piję piwo.

Prinses, drink het drankje niet.

Księżniczko, nie pij tego napoju.

Ik drink niet veel wijn.

Nie piję dużo wina.

Drink minder en slaap meer.

Pij mniej i śpij więcej.

Ik drink niet veel bier.

Nie piję dużo piwa.

Ik drink water in de keuken.

Piję wodę w kuchni.

- Drink je koffie?
- Drinkt u koffie?

Pijesz kawę?

Ik drink nooit thee met citroen.

Nigdy nie piję herbaty z cytryną.

- Alsjeblieft, drink wat!
- Alsjeblieft, neem een slokje!

Proszę się napić.

Ik drink 's morgens altijd twee kopjes koffie.

Zawsze piję rano dwie filiżanki kawy.

's Morgens drink ik altijd een kop koffie.

Rano piję zawsze filiżankę kawy.

Drink het water niet uit het vuile glas!

Nie pij wody z brudnej szklanki!

Ik drink niet zoveel dat ik dronken word.

Nie piję tak, żeby się upić.

- Ik drink melk.
- Ik ben melk aan het drinken.

Piję mleko.

- Ik drink sap.
- Ik ben sap aan het drinken.

Piję sok.

- Drink je thee of koffie?
- Drinkt u thee of koffie?

Pijesz herbatę czy kawę?