Translation of "Ouders" in Japanese

0.015 sec.

Examples of using "Ouders" in a sentence and their japanese translations:

- Woont ge bij uw ouders?
- Woon je bij je ouders?

ご両親と一緒に住んでいますか?

- Mijn ouders zijn allebei dood.
- Mijn beide ouders zijn dood.

- 私の両親は二人とも亡くなりました。
- 私の両親は両方とも亡くなりました。

Zelfs haar ouders niet.

彼女の両親さえもそうでした

Beide ouders leven nog.

両親は二人ともまだ生きています。

Mijn ouders zijn oud.

両親は歳を取っている。

Zijn ouders waren landbouwers.

彼の両親はお百姓でした。

- Ik woon bij mijn ouders.
- Ik woon samen met mijn ouders.

私は両親と暮らしています。

- Hij woont bij zijn ouders.
- Hij woont samen met zijn ouders.

彼は両親と住んでいる。

ouders, zoals jij en ik.

私やあなたのような親でした

Kinderen moeten hun ouders gehoorzamen.

子たる者すべからく親の命に従うべし。

Mijn ouders wonen in Kioto.

両親は京都に住んでいます。

Ze gehoorzaamden hun ouders niet.

彼らは両親に従わなかった。

Hij woont bij zijn ouders.

彼は両親と住んでいる。

Ouders houden van hun kinderen.

親は子を愛する。

Doe je ouders de groeten.

御両親によろしく。

Zijn ouders houden van me.

彼のご両親は、私のことをとても気に入ってくれている。

Ik woon bij mijn ouders.

- 私は両親と暮らしています。
- 私は両親と一緒に住んでいます。

Hij gaf zijn ouders antwoord.

彼は両親に口答えした。

Zijn beide ouders zijn dood.

彼の両親は2人ともなくなっている。

Wees beleefd tegen je ouders.

両親には礼儀正しくしなさい。

Woont ge bij uw ouders?

ご両親と一緒に住んでいますか?

Zijn je ouders nu thuis?

ご両親は今、いらっしゃいますか。

Tom woont bij zijn ouders.

トムはご両親と住んでいます。

Mijn beide ouders zijn dood.

私の両親は両方とも亡くなりました。

Zijn ouders wonen in Zwitserland.

- 彼の両親はスイスに住んでいる。
- 彼の親はスイスで暮らしている。

- Ik hoorde mijn ouders gisteravond fluisteren.
- Ik hoorde mijn ouders 's nachts fluisteren.

両親が昨晩ひそひそと話をしているのを聞いた。

Normaal gesproken vertrouwen kinderen hun ouders.

子供はふつう両親を信頼している。

Gisteren heb ik je ouders ontmoet.

きのう、あなたの両親に会いました。

Uw ouders zijn niet gekomen zeker?

君の両親は来なかったんでしょう。

We moeten voor onze ouders zorgen.

我々は、両親の面倒を見るべきである。

Ze zijn niet mijn echte ouders.

両親は本当の親ではありません。

Ze hebben hun ouders bezocht gisteren.

彼らは昨日両親を訪れた。

Hij geeft echt om zijn ouders.

彼はとても親思いだ。

Zeg alsjeblieft gedag tegen je ouders.

ご両親によろしくお伝えください。

Hoe gaat het met je ouders?

ご両親は元気ですか。

Hij heeft zijn ouders gelukkig gemaakt.

彼は両親を幸せにしました。

Ik woon samen met mijn ouders.

- 私は両親と暮らしています。
- 私は両親と一緒に住んでいます。

Ik hoorde mijn ouders gisteravond fluisteren.

両親が昨晩ひそひそと話をしているのを聞いた。

Hij schrijft zelden naar zijn ouders.

彼はめったに両親に手紙を書かない。

De ouders noemden het kind "Akiyoshi".

両親は赤ん坊を昭良と名づけた。

Mijn ouders wonen op het platteland.

私の両親はいなかに住んでいます。

Ge moet gehoorzamen aan uw ouders.

君は両親に従うべきだ。

Zij gehoorzamen hun ouders niet altijd.

彼らはいつも両親に従うとは限らない。

Tom zijn ouders hebben hem verlaten.

トムは親に置いて行かれた。

- Zeg daar niets over aan uw ouders.
- Je mag dat niet aan je ouders vertellen.

- その事を両親に言ってはいけないよ。
- そのことを親にいってはいけないよ。
- 両親にその事を言わなくてもいいね。

- Kinderen nemen de gewoontes van hun ouders over.
- Kinderen imiteren de gewoontes van hun ouders.

- 子供は親の癖をまねる。
- 子どもは両親の習慣を真似るものだ。

Het land waar mijn ouders zijn geboren,

つまり 両親が生まれた国と

Lincolns ouders bleven hun hele leven arm.

リンカーンの両親は、生涯ずっと貧しかった。

Hij verloor zijn ouders in een vliegtuigongeval.

両親を飛行機事故でなくしたのだった。

Mijn ouders hebben me een ansichtkaart gestuurd.

両親が私にはがきを送ってくれた。

Mijn ouders zijn niet streng tegenover mij.

両親がふたりとも私に厳しいわけではない。

Hij is volledig afhankelijk van zijn ouders.

彼はまったく両親に頼りきっている。

Hij was een last voor zijn ouders.

彼は、両親の負担になった。

Later zal ik voor mijn ouders zorgen.

私は将来両親の面倒を見ます。

Kinderen geloven wat hun ouders ze vertellen.

子どもは親が言うことを信じるものだ。

Vandaag is de huwelijksdag van mijn ouders.

今日は両親の結婚記念日です。

Vertel dit alsjeblieft niet aan je ouders.

これは親には言わないで下さい。

Ik nam contact op met m'n ouders.

私は両親と連絡を取った。

Doe je ouders de groeten van me.

- 御両親によろしく。
- ご両親にどうぞよろしくお伝えください。

Deze kinderen worden door hun ouders verwaarloosd.

この子供達は親にかまってもらえない。

Ik wil dat je mijn ouders ontmoet.

あなたを私の両親に紹介したい。

Op wie van je ouders lijk je?

あなたはご両親のどちらに似ていますか。

- Kinderen doen eerder hun vrienden dan hun ouders na.
- Kinderen imiteren eerder hun vrienden dan hun ouders.

- 子供は両親よりもむしろ友達の真似をする。
- 子供は親よりもむしろ友人のまねをする。

Ik ben geboren in Turkije uit Koerdische ouders

私はクルド系の両親のもと トルコで生まれ

Je moet het eerst met je ouders bespreken.

まずご両親に話してみるのが順序というものだろう。

De ouders verwachtten te veel van hun zoon.

その両親は息子に期待しすぎだ。

Ze trouwde zonder dat haar ouders ervan wisten.

彼女は両親に知らせずに結婚した。

De ouders slaagden er in hem te kalmeren.

- 両親は彼を静めるのに成功した。
- 両親は彼を落ち着かせることに成功した。

Zijn ouders gaan elke zondag naar de kerk.

彼の両親は毎週日曜日に教会へお祈りに行きます。

Ze wil niet afhankelijk zijn van haar ouders.

彼女の親に頼りたくない。

Hij hing niet meer af van zijn ouders.

彼はもはや両親には頼っていなかった。