Translation of "Skaten" in Italian

- Kan je schaatsen?
- Kan je skaten?
- Kunt u skaten?
- Kunnen jullie skaten?
- Kun je schaatsen?
- Kunt u schaatsen?
- Kunnen jullie schaatsen?
- Kun je skaten?

- Sai pattinare?
- Tu sai pattinare?

- Ze kan schaatsen.
- Ze kan skaten.

- Lei sa pattinare.
- Sa pattinare.
- È capace di pattinare.
- Lei è capace di pattinare.

- Kan je skaten?
- Kun je schaatsen?

- Sai pattinare?
- Tu sai pattinare?

Hij is aan het skaten, nietwaar?

Sta pattinando, vero?

Ze is aan het skaten, nietwaar?

Sta pattinando, vero?

- Hij skatet.
- Hij is aan het skaten.

- Sta pattinando.
- Lui sta pattinando.

- Hij schaatst.
- Hij skatet.
- Hij is aan het skaten.

- Pattina.
- Lui pattina.