Translation of "Voetbal" in Hungarian

0.010 sec.

Examples of using "Voetbal" in a sentence and their hungarian translations:

- Speel je voetbal?
- Voetbal je?

- Focizol?
- Futballozol?

- Speel je voetbal?
- Speelt u voetbal?
- Spelen jullie voetbal?
- Voetbal je?
- Voetbalt u?
- Voetballen jullie?

- Focizol?
- Te focizol?
- Ön futballozik?
- Futballozol?
- Te futballozol?

Hij speelt voetbal.

Focizik.

Ik haat voetbal.

Utálom a focit.

- Mijn favoriete sport is voetbal.
- Voetbal is mijn lievelingssport.

A futball a kedvenc sportom.

- Voetbal is mijn lievelingsspel.
- Voetbal is mijn favoriete spel.

A futball a kedvenc játékom.

- We hebben voetbal gespeeld gisteren.
- Gisteren speelden we voetbal.

Tegnap fociztunk.

- Ik heb gevoetbald.
- Ik speelde voetbal.
- Ik heb voetbal gespeeld.

Fociztam.

Hij vindt voetbal leuk.

Szereti a focit.

Laten we voetbal spelen.

Focizzunk.

Voetbal is mijn lievelingssport.

- A futball a kedvenc játékom.
- A futball a kedvenc sportom.

Voetbal is een sport.

A futball egy sport.

Ik hou van voetbal.

- Imádom a labdarúgást.
- Szeretem a futballt.

Morgen spelen we voetbal.

Holnap focizunk.

Ik speel graag voetbal.

Szeretek focizni.

Hij houdt van voetbal.

Imádja a focit.

Vaak tijdens sporten zoals voetbal.

jellemzően például futballozás közben.

Gisteren heb ik voetbal gespeeld.

Tegnap fociztam.

- Speelt u voetbal?
- Voetbalt u?

Ön futballozik?

Mijn vader houdt niet van voetbal.

Édesapám nem szereti a futballt.

Al mijn vrienden houden van voetbal.

- Minden barátom szereti a futballt.
- Minden barátom kedveli a futballt.

Kijk niet langer naar het voetbal.

Soha többé ne nézz futballt.

Wil je met ons voetbal spelen?

Akarsz velünk focizni?

Ik ga voetbal spelen na school.

Focizni fogok suli után.

- Voetbal is de meest populaire sport in Brazilië.
- Voetbal is de populairste sport in Brazilië.

Brazíliában a foci a legnépszerűbb sport.

Ik speel dikwijls voetbal na de les.

Tanítás után gyakran focizok.

Ik speelde voetbal, en mijn zus speelde tennis.

Én fociztam, a nővérem teniszezett.

Tom brak zijn arm bij het spelen van voetbal.

Tomi eltörte a karját focizás közben.