Translation of "'we" in Finnish

0.010 sec.

Examples of using "'we" in a sentence and their finnish translations:

- We spraken.
- We praatten.
- We hebben gepraat.

Me puhuimme.

- We hebben het gehoord.
- We hoorden het.
- We hebben gehoord.
- We hoorden.

Kuulimme.

- We hebben gewandeld.
- We wandelden.

Kävelimme.

- We komen.
- We komen eraan!

Me tulemme.

- We zijn verloren.
- We zijn verdwaald.

Olemme eksyksissä.

- We overleefden.
- We hebben het overleefd!

Selvisimme!

- We beloofden.
- We hebben het beloofd.

- Me lupasimme.
- Lupasimme.

- We overleefden.
- We hebben het overleefd.

Me selvisimme.

- We gaan ervandoor.
- We gaan weg.

Me menemme.

- We zullen wachten.
- We wachten wel.

Me odotamme.

- Laten we doen alsof we buitenaardse wezens zijn.
- Laten we doen alsof we vreemdelingen zijn.

- Teeskennellään olevamme avaruusolentoja.
- Nää ois avaruusolentoja.

- Laten we doen alsof we buitenaardse wezens zijn.
- Laten we doen alsof we aliens zijn.

Teeskennellään olevamme avaruusolentoja.

We gaan.

Mennään.

We komen.

- Me tulemme.
- Me olemme tulossa.

We lachten.

Nauroimme.

We onthouden.

Me muistamme.

We capituleerden.

Antauduimme.

We wachtten.

- Me odotimme.
- Odotimme.
- Venasimme.
- Me venasimme.

We wonnen.

Voitimme.

We proberen.

- Me yritämme.
- Yritämme.

We leven.

Elämme.

We weten wat we zijn, maar niet wat we kunnen zijn.

Tiedämme mitä olemme, muttemme mitä voimme olla.

- We huurden het appartement.
- We huurden de flat.
- We verhuurden het appartement.
- We verhuurden de flat.

Vuokrasimme asunnon.

We moeten zorgen dat we beneden komen.

Täytyy keksiä keino päästä Danan luokse.

Dus we gaan vechten? Daar gaan we.

Taistelemme siis. Antaa palaa.

We gaan verder... ...zo ver we komen.

Joko jatkamme ponnistellen eteenpäin.

Moeten we springen? Of gaan we abseilen?

Hypätäänkö vai laskeudutaanko köydellä?

Laten we zien wat we kunnen vinden.

Katsotaan, mitä löydämme.

- We hebben elkaar gekust.
- We kusten elkaar.

Me suutelimme.

Laten we doen alsof we soldaten zijn.

- Leikitään sotilaita.
- Teeskennellään, että me olemme sotilaita.
- Ollaan sotilasta.

- We zijn aan het zinken.
- We zinken.

- Me uppoamme.
- Uppoamme.
- Me olemme uppoamassa.
- Olemme uppoamassa.

- Kom, we zijn weg.
- Laten we gaan!

Mennään!

We hebben alles wat we wilden hebben.

Saimme kaiken, minkä halusimme.

- Laten we gaan eten.
- Laten we eten.

Syödään.

- We wachtten.
- We waren aan het wachten.

- Me odotimme.
- Odotimme.
- Olimme odottamassa.
- Me olimme odottamassa.

- We hebben geknuffeld.
- We hebben elkaar omhelsd.

Halasimme toisiamme.

Als we het mis hebben... ...erkennen we dat en corrigeren we dat.

Jos olemme väärässä, myönnämme sen ja korjaamme käytöstämme.

- We hebben u nodig.
- We hebben je nodig.
- We hebben jullie nodig.

Tarvitsemme sinua.

- Waar zien we elkaar?
- Waar ontmoeten we elkaar?
- Waar spreken we af?

Missä tapaamme?

Wat gaan we doen? Gebruiken we de grot...

Mitä teemme? Laskeudummeko luolaan?

We hebben de stok, we pinnen hem vast.

Hoidetaan homma. Painetaan käärme maahan kepillä.

...vinden we mogelijk meer spinnen dan we aankunnen.

saatamme löytää liikaa hämähäkkejä.

Als we geluk hebben vangen we een schorpioen.

Hyvällä tuurilla saamme skorpionin.

...en we moeten nadenken over wat we achterlaten.

joten meidän on mietittävä perintöämme.

- Laten we beginnen.
- Laten we dan maar beginnen.

Aloitetaan sitten.

- We vertrekken zonder hem.
- We gaan zonder hem.

Me lähdemme ilman häntä.

- We zullen het proberen.
- We gaan het proberen.

Me aiomme yrittää.

- Morgen bezoeken we je.
- Morgen bezoeken we jullie.

Tulemme käymään luonasi huomenna.

- We willen volledige zinnen.
- We willen hele zinnen.

Me haluamme kokonaisia lauseita.

- Laten we beginnen.
- Laten we van start gaan.

Aloitetaan!

- Laten we weggaan.
- Kom op, laten we gaan.

- Vauhtia, mennään.
- Pidä kiirettä, lähdetään.
- Älä viitsi, mennään.

- Laten we ons haasten!
- Laten we ons haasten.

Kiirehditään.

We moeten iets hebben waar we voor leven.

Meillä on oltava jotakin jonka puolesta elää.

- We hebben u nodig.
- We hebben je nodig.

Tarvitsemme sinua.

We gaan verder.

Jatketaan eteenpäin.

Laten we gaan.

Mennään.

Daar gaan we.

Nyt.

We hebben gekozen.

Valitsimme sen.

We kruipen erin.

Mennään sekaan.

En we kunnen.

Sitten mennään.

Laten we doorgaan.

Jatketaan matkaa.

We gaan snel.

Nopeutta kertyy!

We moeten opschieten.

Kiirehdi!

We doen het.

Aletaan hommiin.

Laten we beginnen.

Hoidetaan homma.

Oké, we gaan.

Mennään.

Wat doen we?

Mitä teemme?

Of we gaan...

Joko suuntaamme -

Kom, we gaan.

Hoidetaan homma.

We kruipen hierin.

Käydään tähän.

We pakken hem.

Otetaan se.

We kwamen erachter...

Keksimme,

We bouwen huisjes...

Rakennamme heille pieniä taloja -