Translation of "Opnieuw" in English

0.092 sec.

Examples of using "Opnieuw" in a sentence and their english translations:

Opnieuw!

Again!

- Opnieuw beginnen.
- Ik zal opnieuw beginnen.

I will begin anew.

Kom opnieuw.

Come again.

Begin opnieuw.

- Start over.
- Start again.

Probeer opnieuw.

- Try again.
- Try it once more.
- Try again!

- Tom begon opnieuw.
- Tom is opnieuw begonnen.

Tom started over.

Elke dag opnieuw!

every single day.

Dat moet opnieuw.

[Bear] Ugh! No, we have to try this again.

Probeer het opnieuw.

Try it again.

Doe het opnieuw.

- Do it again!
- Do it again.

We spelen opnieuw.

We're taking over.

Als je het opnieuw wilt proberen, kies dan 'Opnieuw proberen'.

If you wanna give it another go, choose "Try Again".

Ik probeerde het opnieuw.

So I try it again.

...kies dan 'Opnieuw proberen'.

choose "Try Again".

Bob zag hem opnieuw.

Bob saw him again.

Heeft hij opnieuw gefaald?

- Did he fail again?
- Has he failed again?

Doe het alsjeblieft opnieuw.

Please do that again.

Speel dat liedje opnieuw.

Play that song again.

Zeg dat opnieuw, alsjeblieft.

- Say that again, please.
- Say it again, please.
- Please repeat.

Hij probeerde het opnieuw.

He tried again.

Tom verontschuldigde zich opnieuw.

Tom apologized again.

We zullen opnieuw beginnen.

We'll start over.

Ik zal opnieuw proberen.

I will try again.

We moeten opnieuw proberen.

We have to try again.

- Wat, alweer?
- Wat, opnieuw?

What, again?

- Opnieuw.
- Nog een keer.

Once again.

- Ze hebben hun huis opnieuw geschilderd.
- Ze verfden hun huis opnieuw.

They repainted their house.

- De telefoon ging weer.
- De telefoon ging opnieuw.
- De telefoon rinkelde opnieuw.

The telephone rang again.

Laten we het opnieuw proberen.

Okay, let's try again.

Kies danĀ 'Aflevering opnieuw afspelen'.

choose "Replay Episode."

De jongeling probeert het opnieuw...

The youngster tries again.

...voordat de nacht opnieuw valt.

before night falls once again.

En las ze steeds opnieuw,

reading them again and again,

Hij won de race opnieuw.

He won the race again.

- Opnieuw!
- Nog een keer.
- Nogmaals!

Again!

Moet ik het opnieuw doen?

Do I need to do it again?

We zullen het opnieuw proberen.

We'll try again.

- Niet opnieuw gebruiken!
- Niet hergebruiken!

Do not reuse.

- Opnieuw.
- Nog een keer.
- Nogmaals!

- Once again.
- One more time.

Ze begon opnieuw te huilen.

She began to cry again.

Ga je het opnieuw doen?

- Do I have to do it over again?
- Are you going to do it over again?

Herhaal dezelfde fout niet opnieuw.

Don't make the same mistake again.

Vraag het opnieuw aan Tom!

Ask Tom again.

Tom werd gisterenavond opnieuw beroofd.

Tom was mugged again last night.

Kan je dat opnieuw doen?

Can you do that again?

- Ik wou dat ik opnieuw jong was.
- Ik zou willen opnieuw jong zijn.

I wish I were young again.

- Probeer het nog eens.
- Probeer opnieuw.
- Probeer het nog een keer.
- Probeer het opnieuw.

Try it once more.

- Probeer het nog eens.
- Probeer opnieuw.

- Try again.
- Try again!
- Give it another shot.

Ze verliest altijd opnieuw haar zakdoek.

She is always losing her handkerchief.

Ik zou willen opnieuw jong zijn.

I wish that I were young again.

Doe het opnieuw, net zoals eerder.

Do it again, just like before.

- Tom hoestte opnieuw.
- Tom hoestte nogmaals.

Tom coughed again.

We zullen nooit opnieuw verliefd worden.

We will never fall in love again.

De muziek begon opnieuw te spelen.

The music started again.

Niet lang daarna trouwde ze opnieuw.

She remarried soon.