Translation of "Kookt" in English

0.054 sec.

Examples of using "Kookt" in a sentence and their english translations:

- Ze kookt.
- Zij kookt.

She's cooking.

- U kookt.
- Jullie koken.
- Jij kookt.

You're cooking.

Hij kookt.

He's cooking.

Sami kookt.

Sami cooks.

Tom kookt.

Tom cooks.

Jij kookt.

You're cooking.

Mary kookt.

Mary is cooking.

- De pan kookt over.
- De pot kookt over.

The pot is boiling over.

Zijn bloed kookt.

His blood is boiling.

De ketel kookt.

The kettle is boiling.

Hij kookt graag.

He likes to cook.

Kookt hij ook?

Is he cooking too?

Hij kookt goed.

He is good at cooking.

Ze kookt goed.

She cooks well.

Tom kookt eieren.

Tom is cooking eggs.

Hij kookt nu.

He's cooking now.

Mary kookt zonder zout.

Mary doesn't use salt in her cooking.

Tom kookt op gas.

Tom cooks with gas.

Thomas kookt een ei.

Tom is boiling an egg.

Mijn moeder kookt goed.

My mother cooks well.

Ze kookt voor hem.

She cooks for him.

De muis kookt vis.

The mouse cooks fish.

Wie kookt er bij jullie?

Who does the cooking at your house?

Mijn moeder kookt voor mij.

My mother is cooking for me.

Water kookt bij honderd graden.

Water boils at one hundred degrees.

Tom kookt graag voor Maria.

Tom likes cooking for Mary.

Ze kookt graag voor haar gezin.

- She likes to cook for her family.
- She likes cooking for her family.

Hij kookt graag voor zijn gezin.

- He likes to cook for his family.
- He likes cooking for his family.

Water kookt bij 100 graden Celsius.

- Water boils at 100 degrees Celsius.
- Water boils at hundred degrees Celsius.

Bedek de pan terwijl je kookt.

Cover the pot while you cook.

- Tom is aan het koken.
- Tom kookt.

- Tom's cooking.
- Tom is cooking.
- Tom cooks.

Uw echtgenote kookt beter dan de mijne.

Your wife is a better cook than mine.

- Mary is aan het koken.
- Mary kookt.

Mary is cooking.

Melk kookt op een hogere temperatuur dan water.

Milk boils at a higher temperature than water.

Op zeeniveau kookt water bij 100 graden Celsius.

Water boils at 100 degrees Celsius at sea level.

- Het kookt!
- Het is kokend!
- Het is bloedheet!

It's hot as hell!

Ze kookt voor mij dingen die ik lust.

She cooks things for me that I like.

Tom weet niet eens hoe je water kookt.

Tom doesn't even know how to boil water.

- Hij is nu aan het koken.
- Hij kookt nu.

He's cooking now.

- Ze is nu aan het koken.
- Ze kookt nu.

She's cooking now.

- Tom kookt eieren.
- Tom is eieren aan het koken.

Tom is cooking eggs.

De vader kookt nu het eten in de keuken.

The father is cooking the meal now in the kitchen.

Ik hou niet van de manier waarop Tom pasta kookt.

I don't like the way Tom cooks pasta.