Translation of "الخوف" in Dutch

0.020 sec.

Examples of using "الخوف" in a sentence and their dutch translations:

وانتابني الخوف.

Mijn adrenaline was op.

الخوف من الانتكاس،

de angst dat het zou terugkomen,

لأتخلى عن الخوف.

tot het loslaten van angst.

فالشجاعة هي مواجهة الخوف.

moed is door je angst heen gaan.

فجميعنا ينتابه شعور الخوف،

ieder van ons ervaart angst,

ليس سبب من الخوف.

Er is geen reden om bang te zijn.

أو أنها الخوف من المجهول؟

Of is het de angst voor het onbekende?

‫تلاشى ذلك الخوف بقدر كبير.‬

...die angst grotendeels verdwenen was.

ولكن بعد أن يذهب الخوف الأول،

Maar als de eerste angst is weggeëbd,

لأن الخوف يصل إلى قلوب متفرقة.

Want angst is een eigenschap van een individu.

‫وذلك حين تركت الوكر وأصابها الخوف.‬

En toen verliet ze het hol en was ze bang.

هو لا يعرف ما معنى الخوف.

Hij kent geen angst.

ثم تبدّل بسرعة إحساسي بالحيرة إلي الخوف

Dat gevoel van verwarring maakte al snel plaats voor angst

وهذا مثال لما يحدث في حضارة من الخوف.

En dit is typisch wat er gebeurt in een cultuur van angst.

ما علمني إياه هو أن الشجاعة ليست في انعدام الخوف،

Hij liet me zien dat moed niet betekent dat je niet bang bent;

لم يكن ناي مجرد تكتيكي فطري ، ومن الواضح أنه محصن ضد الخوف أو التعب ...

Ney was niet alleen een instinctieve tacticus, en blijkbaar immuun voor angst of vermoeidheid…

الكره لا يظهر بكل بساطة من فراغ. إنه بالعادة يبدأ من الحسد أو الخوف.

Haat komt niet zomaar uit het niets; normaal gezien begint het met afgunst of angst.

من التعبير عن الخوف في أي وقت - قال أحدهم على سبيل المثال إنه لن يركع على ركبتيه لقطع

op enig moment angst te uiten - een van hen zei bijvoorbeeld dat hij niet zou knielen