Examples of using "Jorge" in a sentence and their dutch translations:
Jorge kan vier talen spreken.
Ik ben Jorge.
Jorge kan vier talen spreken.
Jorge Heraud is een in Peru geboren ingenieur
Georges zus maakte wat sandwiches voor me.
Jorge Luis Borges was één van de bekendste Argentijnse auteurs.
George deed op dezelfde manier zaken als zijn vader.
- De zuster van George heeft me een paar sandwiches gemaakt.
- George's zuster heeft een paar sandwiches voor me gemaakt.