Examples of using "решать" in a sentence and their dutch translations:
Jij bepaalt.
Jij bepaalt.
Tijd voor een beslissing.
Het is aan jou om te besluiten wat te doen.
Jij mag beslissen.
Het is jouw beslissing, maar neem hem snel.
Het is niet aan mij om dat te bepalen.
Jij moet weten of je het koopt of niet.
Jij geeft leiding aan deze tocht. Jij bepaalt.
Jij beslist, wat doen we?
Of de gaspeldoorn? Aan jou de keus.
Jij moet weten of je het koopt of niet.
...of we maken een kamp in de boom. Jij bepaalt.
Jij beslist, maar schiet op, het is koud.
Dit is een lastige, maar het is aan jou.
Jij hebt het voor het zeggen. Jij bepaalt.
Wij zullen Tom en Maria laten beslissen.
Hoe gaan we dat aanpakken?
Hoe ga je dit probleem oplossen?
Wat denk jij? Modder of takken? Jij bepaalt.
Jij beslist. Maar doe het snel. Dana heeft ons nodig.
Jij beslist. Maar doe het snel. Dana heeft ons nodig.
Dit is jouw avontuur... ...het is aan jou.
Jij bent de baas, jij gaat me me mee. Jij bepaalt.
Tom is oud genoeg om zelf te beslissen.
Ga je nu bepalen met wie ik kan praten?
Jij bepaalt. Coasteeren of de kliffen op?
Kom op, je kunt het. Het is aan jou. Je moet een beslissing nemen.
Maar hoe ga je beslissen wat belangrijk is en wat niet?
zeggen dat ze willen beslissen of en wanneer ze zwanger worden
Het is moeilijk te zeggen wat goed is en wat niet, maar toch moet het.
Ik kan niet in uw plaats beslissen.
- Het is niet aan mij om dat te bepalen.
- Het is niet aan mij om dat te zeggen.
Ik weet niet wat ik met je moet doen. Als er een probleem is, moet het worden opgelost. Op zondag hebben we bijna de politie gebeld en de deur opengebroken. Je buren zullen dit niet langer meer dulden en de volgende keer zullen ze gewoon de politie bellen. Laat de situatie niet zo uit de hand lopen. Ze hebben ook gezegd dat je gestoord bent en dat ze net als op een vulkaan leven.