Examples of using "поставил" in a sentence and their dutch translations:
- Tom zette het water op.
- Tom zette de ketel op.
De arts heeft de juiste diagnose gemaakt.
Tom zette de dweil achter de deur.
Tom zette de vaas op tafel.
Tom plaatste de doos op de tafel.
Ik heb een nieuwe klink op de deur gezet.
Ik trok mijn schoenen uit en plaatste ze onder het bed.
Ik heb wat melk gedronken en de rest in de koelkast bewaard.
Hij plaatste het boek op de plank.
Waar heb je het precies gelegd?
Ik heb het in uw kamer gezet.
- Hebt u ondertekend?
- Heb je ondertekend?
- Hebben jullie ondertekend?
Waar heb je het precies gelegd?
- Als ik het alfabet kon herschikken, dan zette ik nog steeds T voor U.
- Als ik het alfabet een nieuwe volgorde kon geven, zou ik de letters U en I naast elkaar zetten.