Examples of using "победить" in a sentence and their dutch translations:
Denk je echt dat je gaat winnen?
Ik denk dat het onmogelijk is dat wij hem verslaan.
Tom is erin geslaagd zich te laten verkiezen.
Ik wil winnen.
Ik ben van plan te winnen.
Nu moeten we winnen of sterven.
We moeten winnen.
Ik kan winnen.
We moeten ons verenigen om de vijand te verslaan.
Ik ben het levende bewijs dat de dood overwonnen worden kan.
Hoe ga je de dood overwinnen zonder het leven te verliezen?
Je kan me niet verslaan.
Ik wil gewoon winnen.
Ik had moeten winnen.
We willen gewoon winnen.
- U hoopte te winnen, nietwaar?
- Jullie hoopten te winnen, nietwaar?
- Heb je gezegd dat ik nooit zou kunnen winnen?
- Hebt gij gezegd dat ik nooit kon winnen?
- Hebt u gezegd dat ik nooit kon winnen?
Zelfs een goede computer kan van u niet winnen met schaak.
We kunnen deze oorlog winnen.
Tom gelooft dat Maria kan winnen.
Ik denk niet dat Tom kan winnen.