Examples of using "плаваю" in a sentence and their dutch translations:
Ik zwem.
- Ik zwem slecht.
- Ik ben een slechte zwemmer.
- Ik zwem elke dag.
- Ik zwem iedere dag.
Ik zwem in de oceaan.
Ik zwem redelijk snel.
Ik zwem.
- Ik zwem eenmaal per week.
- Ik zwem één keer per week.
Ik kan niet erg goed zwemmen.
Ik zwem bijna elke dag.
Ik ben al redelijk goed in zwemmen.
In de zomer zwem ik.
Ik ben bang voor water en kan niet goed zwemmen.
In de zomer zwem ik vaak in de zee.
Ik kan nog niet goed zwemmen.