Examples of using "живем" in a sentence and their dutch translations:
We wonen in de buurt van de grens.
We wonen dicht bij het station.
We wonen in een mooie stad.
Wij leven in een democratische samenleving.
Hij weet waar we wonen.
De strijd vond echter plaats op 29 juli 1030, dus we zijn nu ver in de opgetekende geschiedenis