Examples of using "возраста" in a sentence and their dutch translations:
hij is even oud als ik;
Ze zijn van dezelfde leeftijd.
Ze zijn van dezelfde leeftijd.
Al de jongens zijn even oud.
Ze hebben beiden dezelfde leeftijd.
Tom is van jouw leeftijd.
Het meisje is klein voor haar leeftijd.
Hij en ik hebben dezelfde leeftijd.
Ze zijn van dezelfde leeftijd.
Mary ziet er geweldig uit voor haar leeftijd.
Mijn zoon is klein voor zijn leeftijd.
Tom is slimmer dan de meeste jongens van zijn leeftijd.
Ze ziet er jong uit voor haar leeftijd.
Tom ziet er goed uit voor zijn leeftijd.
Ze ziet er jong uit voor haar leeftijd.
- Ik ben dezelfde leeftijd.
- Ik ben net zo oud.
Mensen van je leeftijd hebben vaak dit probleem.
Ik ben net zo oud.
Ze is ongeveer even oud als ik.
Ze is ongeveer even oud als ik.
Hij is ongeveer even oud als ik.
We zijn even oud.
Hij en ik hebben dezelfde leeftijd.
Veel vlinders leven maar een paar dagen als volwassenen.
Toms vrouw is ongeveer van mijn leeftijd.
Maria is slimmer dan de meeste meisjes van haar leeftijd.
Hij ziet er goed uit voor zijn leeftijd.
Hij ziet er goed uit voor zijn leeftijd.
Ik ben even oud als hij.
Hij is ongeveer even oud als jij.
Tot welke leeftijd geloofde jij nog in de Kerstman?