Translation of "Positivo" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Positivo" in a sentence and their dutch translations:

- Pense positivo.
- Pensem positivo.

Denk positief.

- Seja positivo.
- Sê positivo.

Wees positief.

Seja positivo.

- Blijf positief.
- Blijf optimistisch.

Pense positivo!

Denk positief!

- Pense positivamente!
- Pense positivo!

Denk positief!

Tom testou positivo para coronavírus.

Tom heeft positief getest op het coronavirus.

Há pessoas para as quais o zero é um número positivo.

Er zijn mensen die de nul als een positief getal aanzien.

Mas 20 a 30% das pessoas que testam positivo para o Covid-19 precisam ser hospitalizadas.

Dit in tegenstelling tot de 20 tot 30% van de mensen die positief zijn getest op het coronavirus die moeten worden opgenomen in het ziekenhuis.