Translation of "Loja" in Dutch

0.031 sec.

Examples of using "Loja" in a sentence and their dutch translations:

- Essa loja faliu.
- Aquela loja faliu.

Die winkel ging failliet.

- Ele foi à loja.
- Ela foi à loja.

- Hij ging naar de winkel.
- Zij ging naar de winkel.

- Onde é a loja?
- Onde fica a loja?

Waar is de winkel?

- Estamos fechando a loja.
- Estamos a fechar a loja.

We zijn de winkel aan het sluiten.

- Você irá comigo à loja?
- Tu irás comigo à loja?

Ga je met mijn naar de winkel?

Conseguimos uma loja abandonada.

We hebben een verlaten winkel.

Quero ir à loja.

Ik wil naar de winkel gaan.

Estou indo à loja.

Ik ga naar de winkel.

Você foi à loja?

Bent u naar de winkel gegaan?

Estamos fechando a loja.

We zijn de winkel aan het sluiten.

- Não se vende álcool nesta loja.
- Não vendemos álcool nesta loja.

Er worden geen sterke dranken verkocht in deze winkel.

- Comprei um chapéu na loja.
- Eu comprei um chapéu na loja.

Ik heb een hoed gekocht in de winkel.

Essa loja abre às 8h00.

Deze winkel opent om 8:00.

Tom está fechando a loja.

Tom is de winkel aan het sluiten.

Não vendemos selos nesta loja.

In deze winkel worden geen postzegels verkocht.

Você viu alguém na loja?

Heb je iemand gezien in de winkel?

Estamos a fechar a loja.

We zijn de winkel aan het sluiten.

Estou fechando a minha loja.

Ik ben mijn winkel aan het sluiten.

Nesta loja se fala esperanto.

In deze winkel spreekt men Esperanto.

A loja abre às 9h.

- Om 9 uur gaat de winkel open.
- De winkel gaat open om 9 uur.

Essa loja fecha às nove.

Deze winkel sluit om negen uur 's avonds.

Eles vendem notebooks na loja?

Verkopen ze schriften in die winkel?

- Não passeis pela nossa loja, mas entrai!
- Não passe pela nossa loja, mas entre!

Loop onze winkel niet voorbij, kom binnen!

A loja vende jornais e revistas.

De winkel verkoopt kranten en tijdschriften.

O que ela comprou naquela loja?

Wat kocht ze in die winkel?

Onde fica a loja mais próxima?

Waar is de dichtstbijzijnde winkel?

Arrumei emprego numa loja de brinquedos.

Ik vond een baan in een speelgoedwinkel.

Eu o vi entrando na loja.

Ik zag hem de winkel binnengaan.

Encontrei um selo raro nessa loja.

Ik heb een zeldzame postzegel gevonden in deze winkel.

Ela trabalha numa loja de tatuagem.

Ze werkt in een tatoeage-studio.

Ele trabalha numa loja de tatuagem.

Hij werkt in een tatoeage-studio.

Estive numa loja de sapatos ontem.

Ik ging gisteren naar de schoenenwinkel.

Não se vende álcool nesta loja.

- Er worden geen sterke dranken verkocht in deze winkel.
- Er wordt in die winkel geen sterkedrank verkocht.

A que horas abrem a loja?

- Wanneer gaat de winkel open?
- Op welk tijdstip gaat de winkel open?

Nesta loja não se vendem selos.

In deze winkel worden geen postzegels verkocht.

Na loja vendem açúcar e sal.

Ze verkopen suiker en zout in die winkel.

Tom saiu da loja sem pagar.

Tom is de winkel uit gelopen zonder te betalen.

- Fui a uma loja de sapatos ontem.
- Eu fui a uma loja de sapatos ontem.

Ik ging gisteren naar de schoenenwinkel.

Eu a encontrei na loja por acidente.

Toevallig kwam ik haar in de winkel tegen.

Esta loja fecha às nove da noite.

Deze winkel sluit om negen uur 's avonds.

Eu gosto de ir comprar naquela loja.

Ik ga graag in die winkel inkopen.

Nesta loja tudo está sempre em liquidação.

In deze winkel wordt alles altijd uitverkocht.

Eu o comprei numa loja de departamento.

Ik heb het in een warenhuis gekocht.

Você sabe a que horas a loja fecha?

Weet je om hoe laat de winkel sluit?

- Hoje estamos fechados.
- Hoje esta loja não abre.

We zijn vandaag gesloten.

Tom fechou a loja e foi para casa.

Tom sloot de winkel en ging naar huis.

- Eu comprei uma garrafa de cerveja na loja de bebidas.
- Comprei uma garrafa de cerveja na loja de bebidas.

Ik heb een fles bier gekocht in de alcoholwinkel.

Nenhum artigo dessa loja custa mais de um real.

Geen enkel artikel in deze winkel kost meer dan één real.

É a maior loja de artigos esportivos da região.

Het is de grootste sportwinkel in de regio.

Ela sugeriu que eu fosse à loja com ele.

Ze stelde voor dat ik naar de winkel zou gaan met hem.

Eu comprei uma garrafa de cerveja na loja de bebidas.

Ik heb een fles bier gekocht in de alcoholwinkel.

Se o Bin Laden chegar, diga-lhe que estou na loja.

Als Bin Laden komt, zeg hem dan dat ik in de winkel ben.

A moça com quem você conversava é dona daquela loja de calçados.

Het meisje met wie je praatte, is de eigenares van die schoenenwinkel.

Está abrindo uma vaga de emprego na loja do outro lado da rua.

Er is een baan vrij in de winkel aan de overkant van de straat.

A dona da loja de animais exóticos Traci Roach e não, não é o nome artístico dela, é a sério,

Traci Roach, eigenaar van een exotische dierenwinkel in Arizona.. ...en nee, dat is geen pseudoniem, zo heet ze echt...

Se você está indo a uma loja de conveniência, então é melhor levar um cupom de desconto com você, eu acho.

Als je naar een supermarkt gaat, is het beter om een kortingsbon mee te nemen, denk ik.

- Na loja de produtos natalinos pode-se comprar vinho quente.
- Nas lojas de produtos de Natal a gente pode comprar vinho quente.

- Op de kerstmarkt wordt warme wijn verkocht.
- Op de kerstmarkt wordt glühwein verkocht.