Translation of "Costuma" in Dutch

Costuma nevar aqui.

Het sneeuwt hier vaak.

- Que horas você costuma acordar?
- A que horas você costuma acordar?

Hoe laat word je normaal gezien wakker?

Que dia costuma estar livre?

Op welke dag van de week ben je vrij, normaal gesproken?

Qual jornal você costuma ler?

Welke krant lees je meestal?

Como você costuma fazer isso?

- Hoe doe je dit normaal gezien?
- Hoe doe je dit normaliter?
- Hoe doen jullie dit normaal gezien?
- Hoe doen jullie dit normaliter?

Tom costuma ir para Boston.

Tom gaat vaak naar Boston.

Você costuma tomar café da manhã?

- Ontbijt je gewoonlijk?
- Ontbijt u gewoonlijk?

Você costuma ler diariamente os boletins meteorológicos?

Lees je gewoonlijk het dagelijkse weerbericht?

Que tipo de música você costuma ouvir?

Naar wat voor muziek luister je meestal?

Ele costuma ir à igreja aos domingos.

Zij waren gewoon 's zondags naar de kerk te gaan.

Você costuma tomar chá no café da manhã?

Heb je gewoonlijk thee voor het ontbijt?

Notei que Tom não costuma trancar sua porta.

Het is me opgevallen dat Tom gewoonlijk zijn deur niet op slot doet.

Gente do interior costuma ter medo de estranhos.

Plattelandsmensen zijn meestal bang van buitenlanders.

Tom costuma ir de bicicleta para a escola.

Tom gaat doorgaans met de fiets naar school.

Eu costuma jogar frequentemente tênis com ele nos domingos.

Ik ben gewoon om op zondagen vaak met hem te tennissen.

- Como você costuma fazer isso?
- Como costumas fazer isto?

- Hoe doe je dit normaal gezien?
- Hoe doe je dit normaliter?

- Qual é o jornal que você geralmente lê?
- Qual jornal você costuma ler?

Welke krant lees je meestal?

A Copa do Mundo costuma ser realizada nos meses de junho e julho.

Het WK voetbal wordt doorgaans in de maanden juni en juli gehouden.

Depois que realiza a cópula, o louva-a-deus costuma devorar o macho.

Na het paren verslindt de bidsprinkhaan meestal het mannetje.

- O que vocês costumam fazer no Natal?
- O que você costuma fazer no Natal?

- Wat doe je meestal op Eerste Kerstdag?
- Wat doet u meestal op Eerste Kerstdag?
- Wat doen jullie meestal op Eerste Kerstdag?

- A que horas você geralmente sai de casa?
- Que horas você costuma sair de casa?

Hoe laat ga je doorgaans van huis weg?

- Normalmente há táxis na frente da estação de trem.
- Costuma haver táxis em frente à estação.

Meestal staan er taxi's voor het station.

- A que horas de costume você se levanta?
- A que horas você geralmente se levanta?
- A que horas você costuma se levantar?

- Hoe laat staat ge gewoonlijk op?
- Hoe laat sta je gewoonlijk op?