Examples of using "Catedral" in a sentence and their dutch translations:
Dit is een kathedraal.
Waar staat de kathedraal?
Waar bevindt zich de kathedraal?
De kathedraal dateert uit de middeleeuwen.
Elke stad heeft een imposante kathedraal.
Deze kathedraal heeft een grote orgel.
De kathedraal domineert het stadsbeeld.
De kathedraal is een half millennium oud.
De kathedraal had een religieus schilderij op het plafond.
De moskee in Sevilla werd na de reconquista een kathedraal.
De parade loopt langs een hoge gotische kathedraal die door Ierse immigranten werd gebouwd en genoemd is naar Patricius, de beschermheilige van zowel Ierland als New York City.