Examples of using "Widziałeś" in a sentence and their dutch translations:
Wat heb je gezien?
Hebt ge al een walvis gezien?
Heb je mijn fototoestel gezien?
Heb je m'n zus gezien?
Welke film heb je gezien?
Heb je haar daar gezien?
Je hebt niets gezien.
Heb je de film al gezien?
Waar heb je die vrouwen gezien?
- Dit is nog niks.
- Dit is nog maar het begin.
- Heb jij al een ufo gezien?
- Heb je al een ufo gezien?
Heb je dit al eens gezien?
Heb je ooit Tom kwaad gezien?
Was dat alles wat je gezien hebt?
Wanneer zag je Tom voor het laatst?
Heb je haar ooit horen zingen op het podium?
"Heb je mijn mobieltje gezien?" "Hij ligt op tafel."
"Nee," antwoordde de winkelier. "Ik meen het. U heeft het prijskaartje gezien."
De man die je gisteren in mijn kantoor zag komt uit België.
- Heb je ooit een kangoeroe gezien?
- Heeft u ooit een kangoeroe gezien?
- Hebben jullie ooit een kangoeroe gezien?