Examples of using "Psem" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben een hond.
- Praat je tegen je hond?
- Praat u tegen uw hond?
- Praten jullie tegen jullie hond?
Kan je de hond even uitlaten?
Heb je Tom gewaarschuwd voor de hond van de buren?
Wie zorgt er voor deze hond?
Toen ze op vakantie waren, zorgden hun buren voor de hond.
Wat een kinderen! Je stuurt ze weg om snoepjes, en ze komen terug met een hond!
Ze is een geweldige meid. Ze heet Dana, een Sint Bernard reddingshond.