Examples of using "Bianca" in a sentence and their dutch translations:
Tom eet enkel wit vlees.
Tom eet enkel wit vlees.
Hebt ge graag witte chokolade?
Ik zou graag witte chocolade willen.
Wie heeft het Witte Huis ontworpen?
Het is wit.
- Is het wit?
- Is hij wit?
Dit papier is wit.
- Sneeuw is wit.
- De sneeuw is wit.
Het papier is wit.
Ze is gewoon mat en wit.
Waarom is sneeuw wit?
Naoko woont in het witte huis.
Mijn slee is wit.
Het papier is heel wit, maar de sneeuw is witter.
Er zit een witte duif op het dak.
Naoko woont in dat witte huis.
Tom heeft een heel lichte huid.
Het zand op het strand was wit.
Het officiële diner vond plaats in het Witte Huis.
Ik vind die met de witte ceintuur leuk.
Hij heeft een witte kat.
De premier bracht een formeel bezoek aan het Witte Huis.
De Franse vlag is blauw, wit en rood.
Haar huid is zo wit als sneeuw.
De Italiaanse vlag is groen, wit en rood.
Papier is wit, koolstof is zwart.
De Hongaarse vlag is rood, wit en groen.
Obama is de eerste zwarte president in het Witte Huis.
Tom heeft een witte kat.
Als ik in dit witte water kom... ...zit ik in de problemen.
- Je bent zo wit als een laken.
- U bent zo bleek als een laken.
- Je bent zo wit als een laken.
- U bent zo bleek als een laken.
Als het leger in wit uniform de koning in zwart uniform gevangenneemt, wint dat leger het spel.
Sneeuw is wit omdat zijn moleculen alle kleuren van de stralen van de zon reflecteren.
Tom heeft twee katten. De ene is wit en de andere is zwart.