Examples of using "Andato" in a sentence and their dutch translations:
Waar is hij naartoe?
Weet jij waar hij naartoe is gegaan?
Alles is weg.
Weet jij waar hij naartoe is gegaan?
- Niemand is ernaartoe gegaan.
- Niemand ging ernaartoe.
Er is iets fout gegaan.
Hoe was je weekend?
Hij is net weggegaan.
Hij is naar Zwitserland gegaan.
Wanneer ging hij naar Europa?
Waar ging Tom naartoe?
Ik ging naar Iran.
Ik ben naar de supermarkt geweest.
Tom is weg.
Wat ging er mis?
Tom was weg.
Waar ging Tom naartoe?
- Waar ging je heen?
- Waar ging je naartoe?
Weet iemand waar Tom heen is?
Hij is weggezwommen.
Hij is volledig aan gort.
Ik ging naar de dierentuin.
Alles verliep vlot.
- Hij ging naar de winkel.
- Zij ging naar de winkel.
Hij is naar Zwitserland gegaan.
Hij is naar de bibliotheek gegaan.
- Ik ben er gisteren naartoe gegaan.
- Ik ging daar gisteren heen.
- Hij is vorige week naar de Verenigde Staten gegaan.
- Hij is afgelopen week naar Amerika gegaan.
- Hij is vorige week naar de Verenigde Staten toe gegaan.
Hij is op de fiets gegaan.
Ik ben deze morgen naar het park geweest.
- Hij ging in alle haast weg.
- Hij vertrok in alle haast.
- Hij ging er overhaast vandoor.
Welke richting is hij uitgegaan?
- Ik ging gisteren naar de dierentuin.
- Ik ben gisteren naar de dierentuin gegaan.
De volgende ochtend was hij weg.
Hij ging naar het buitenland.
Tom is gaan skiën.
Het spijt mij dat ik ernaartoe geweest ben.
Ben je ooit naar Boston geweest?
Tom is net vertrokken.
Ben je gisteren naar school gegaan?
Wie raakte in paniek?
Hij is net weggegaan.
- Hoe is je sollicitatiegesprek gegaan?
- Hoe was je interview?
Ik wou dat ik met haar had kunnen meegaan.
Tom is naar Boston gegaan.
Hij is naar Zwitserland gegaan.
Tom ging.
Hoe was je weekend?
Hij was al weg.
Ik ben gisteren in de rivier gaan vissen.
Hij is hier niet. Hij is naar huis gegaan.
Het is waar dat hij failliet is gegaan.
Ik ging naar de dierentuin met mijn zuster.
Ik weet niet waarom Tom is weggegaan.
Maar er is iets vreselijk misgegaan.
het zou wel goed zou komen, dacht ik.
Ik ging in de zee zwemmen.
Eindelijk ging hij naar Amerika.
Ik ben per trein naar Kobe gegaan.
Hij is nooit in het buitenland geweest.
Ik zal hem vragen waar hij vorige zondag naartoe gegaan is.
De pijn ging eindelijk weg.
- Ik ben deze morgen naar de kerk gegaan.
- Vanmorgen ging ik naar de kerk.
Mijn broer ging naar Italië.
Hoe was je weekend?
Ik ben daar tientallen keren heen gegaan.
Mijn vader is naar China gegaan.
Ik ging schaatsen op het meer.
Alles is volgens plan verlopen.
- Wie ging er nog mee met Tom?
- Wie is er nog met Tom meegegaan?
Sami ging vrijdag naar de moskee.
Weet u waar uw vader heen is gegaan?
- Waar ging je heen?
- Waar ben je geweest?
- Waar was je heen gegaan?
- Waar zijn jullie geweest?
- Waar was je heen?
- Waar gingen jullie heen?
- Waar waren jullie heen?
Hij is naar de bibliotheek gegaan.
Hij ging naar de winkel.
- Ik ben erheen gegaan.
- Ik ben er geweest.
- Ik ging erheen.
Ik ben naar de bank geweest om geld op te nemen.
Zijn auto is niet hier, dus moet hij wel vertrokken zijn.
ging ik naar Nepal om het ICIMOD te bezoeken.
En ik ging naar haar met veel enthousiasme
Meneer White ging naar Canada.
Ik ben gisteren in de rivier gaan vissen.
- Alles ging fout.
- Het ging allemaal mis.
- Het ging helemaal verkeerd.
- Het ging allemaal fout.