Examples of using "Elfelejtettem" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben het vergeten.
Ik ben iets vergeten.
Ik ben het helemaal vergeten.
Ik ben vergeten een hoofdkussen te kopen.
- Ik kan me je telefoonnummer niet herinneren.
- Ik kan me uw telefoonnummer niet herinneren.
- Ik kan me jullie telefoonnummer niet herinneren.
Ik ben zijn naam vergeten.
- Ik ben zijn adres vergeten.
- Ik vergat zijn adres.
- Ik ben mijn wachtwoord vergeten.
- Ik ben mijn wachtwoord vergeten!
- Ik ben mijn geld vergeten.
- Ik vergat mijn geld.
Ik ben je naam vergeten.
Ik ben mijn sleutels kwijt.
Ik ben haar achternaam vergeten.
Ik ben uw familienaam vergeten.
Ik ben de naam vergeten.
Ik ben het wachtwoord vergeten.
Ik ben vergeten hoe zij heet.
Ik ben mijn gereedschap vergeten.
Ik ben haar achternaam vergeten.
Ik ben vergeten het licht uit te doen.
Ik ben vergeten m'n paraplu mee te nemen.
Ik ben mijn pincode vergeten!
Ik heb het Spaans geheel verleerd.
Ik ben vergeten om de deur op slot te doen.
Ik heb het gewist. Dat was het moeilijkste.
Ik heb mijn identiteitskaart vergeten mee te brengen.
Oei - ik ben mijn pillen vergeten.
Ik kan niet geloven dat ik dat vergeten ben.
Ik heb helemaal vergeten om iets voor ons te eten te maken.
Het spijt me, ik ben vergeten mijn huiswerk te doen.
Oei - ik ben mijn pillen vergeten.
Ik wilde gaan, maar vergat het.
- Ik was vergeten dat Tom vroeger in Boston woonde.
- Ik vergat dat Tom vroeger in Boston woonde.
Ik was vergeten dat ik een slecht kortetermijngeheugen heb.
Ik ben de naam van je broer vergeten. Hoe heet hij?
Ik moest terug want ik vergat mijn papieren.
Ik vergat.
Sorry, ik heb het vergeten.