Examples of using "Sehe" in a sentence and their dutch translations:
Ik zie niets.
Ik zie iets.
Ik zie de koningin.
Ik zie de kroon.
Ik zie de roos.
Ik zie een jongen.
Wat zie ik?
Ik zie ze.
Ik zie Dan.
Ik zie Tom.
Ik zie Dana.
Ik zie niets.
Ik kijk tv.
Ik zie het.
Ik zie iets.
Ik zie niets!
Ik zie je.
- Ik kan niet goed zien.
- Ik zie niet zo goed.
- Ik snap het verband niet.
- Ik zie het verband niet.
Ik zie een jongen.
Ik zie de hond.
Ik zie haar zelden.
Ik zie de jongen.
Ik zie het boek.
Ik zie geen verschil.
Ik zie het meisje.
- Ik zie jouw paard.
- Ik zie uw paard.
Ik zie een kroon.
Ik zie je huis.
Ik zie je huis.
Ik zie dit huis.
Ik zie dode mensen.
Ik zie een leeuw.
Ik zie je morgen.
Ik zie de kroon.
- Ik kijk geen tv.
- Ik kijk niet naar de televisie.
Ik zie een koningin.
- Ik zie geen uitweg!
- Ik zie geen enkele uitweg!
Ik zie geen enkele uitweg!
Ik zie een meisje.
Ik zie het huis.
Ik zie een huis.
- Lijk ik nerveus?
- Lijk ik zenuwachtig?
- Kijk ik nerveus?
- Kijk ik zenuwachtig?
- Zie ik er nerveus uit?
- Zie ik er zenuwachtig uit?
Ik begrijp het.
Ik zie je boek.
Ik zie de roos.
Voor mij is dat zwart of wit.
Ik zie hem niet.
- Ik zie ze vanavond.
- Ik zie hen vanavond.