Examples of using "Japanischer" in a sentence and their dutch translations:
Umeshu is een Japanse likeur gemaakt van pruimen.
Ik ben een Japanse leraar.
Yoko is een Japanse naam.
Dat is mijn Japanse vriend.
Ben je een Japanse student?
Hij is een jonge Japanner.
Ik ben een Japanse student.
Hij is een bekende Japanse popster.
Interesseer je je voor Japanse muziek?
Ze staat bekend als de Japanse Picasso.
Hij is een Japanse Edison, bij wijze van spreken.
Ik ben een Japanse student.
Ik ben leraar Japans.
Men zegt dat de toestand in dorpen op het Japanse platteland erg veranderd is.
- Dat is mijn Japanse vriend.
- Dat is mijn Japanse vriendin.
Nadat ze de krukas hadden vervangen, aten ze een groenteroerbak op z'n Japans.
Veel Japanse Amerikanen werden in de Tweede Wereldoorlog naar concentratiekampen gestuurd.
- Ik ben leraar Japans.
- Ik ben een Japanse leraar.
- Ik ben een Japanse lerares.
Ik heb geen postzegelverzameling, maar ik heb een verzameling van Japanse prentkaarten, die ik als voorwendsel kan gebruiken om haar bij mij uit te nodigen.