Translation of "Einchecken" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Einchecken" in a sentence and their dutch translations:

Wann soll ich einchecken?

Hoe laat moet ik inchecken?

Um wie viel Uhr soll ich einchecken?

Hoe laat moet ik inchecken?

Ab wie viel Uhr kann man einchecken?

- Vanaf hoe laat begint de aanmelding?
- Vanaf hoe laat kunnen we inchecken?

Wir möchten gerne einchecken. Wir haben ein Doppelzimmer unter dem Namen Müller reserviert.

We zouden graag inchecken. We hebben een tweepersoonskamer onder de naam Müller gereserveerd.