Translation of "Bühne" in Dutch

Er steht auf der Bühne.

Hij staat op het podium.

Die dunkle See wird zur Bühne...

Onze donkere zeeën zijn het toneel...

John sang auf der Bühne "Imagine".

John zong op het podium "Imagine".

Er spielte Hamlet auf der Bühne.

Hij speelde Hamlet op het toneel.

Die Schauspielerin fiel rücklings von der Bühne.

- De actrice viel achteruit van het podium.
- De actrice viel achteruit van het toneel.

Was hat John auf der Bühne gesungen?

Wat heeft John op het toneel gezongen?

- Haben Sie sie je auf der Bühne singen hören?
- Hast du sie schon einmal auf der Bühne singen hören?

Heb je haar ooit horen zingen op het podium?

Das Mittelalter gab die Bühne frei für die Renaissance.

De middeleeuwen maakten plaats voor de renaissance.

Haben Sie sie je auf der Bühne singen hören?

Hebt ge haar al horen zingen op een podium?

Wer ist das Mädchen, das gerade auf der Bühne singt?

Wie is het meisje dat op het podium zingt?

- Alles verlief reibungslos.
- Alles ging glatt.
- Alles ging reibungslos über die Bühne.

Alles verliep vlot.