Translation of "Langage" in Dutch

0.010 sec.

Examples of using "Langage" in a sentence and their dutch translations:

Surveille ton langage.

Let op je tong!

Leur langage corporel dit :

hun lichaamstaal zegt:

Son langage est visible.

De taal is zichtbaar.

Nous avons le langage verbal.

We beschikken over taal.

Je trouve son langage vulgaire.

Ik vind zijn taalgebruik vulgair.

- Nous avons parlé en langage des signes.
- On a parlé en langage des signes.

We spraken in gebarentaal.

La musique est un langage universel.

Muziek is een universele taal.

La musique constitue le langage universel.

Muziek is de universele taal.

Son langage ne me plaît pas.

- Zijn taal staat me niet aan.
- Zijn taalgebruik bevalt me niet.

Avons-nous besoin d'un langage universel ?

Hebben wij een universele taal nodig?

Car si le langage n'est qu'un outil,

Want als taal slechts een werktuig is,

Nous avons un instinct pour le langage,

We hebben een instinct voor taal,

L'acquisition du langage demande de la créativité.

Taalverwerving vereist creativiteit.

On a parlé en langage des signes.

We spraken in gebarentaal.

Tom a appris le langage des signes.

Tom heeft gebarentaal geleerd.

Le langage peut être employé de différentes manières.

- Een taal kan op verschillende manieren gebruikt worden.
- Een taal kan op verschillende manieren worden gebruikt.

Les langues des signes sont un langage visuel.

Gebarentalen zijn visuele talen.

- Les gens pensent que les baleines possèdent leur propre langage.
- On pense que les baleines possèdent leur propre langage.

- Er wordt aangenomen dat walvissen hun eigen taal hebben.
- Men denkt dat walvissen hun eigen taal hebben.

Une étude sur le langage utilisé dans les journaux

Een tabel met positieve en negatieve emotiewoorden in nieuwsberichten

Le langage est le monde dans lequel l'Homme vit.

- Taal is de wereld waarin mensen leven.
- De taal is de wereld waarin de mens leeft.

Si le langage n'existait pas, la pensée n'existerait pas.

Indien er geen taal was, dan waren er ook geen gedachten.

Si le langage était un outil, il serait assez médiocre.

Als taal een instrument was, zou dat eerlijk gezegd maar armzalig zijn.

Mais avec un langage étonnamment doux, ils parviennent à s'entendre.

Maar middels 'n verrassend zachtaardig taaltje kunnen ze met elkaar opschieten.

De qui on mange le pain, on parle le langage.

Wiens brood men eet, diens woord men spreekt.

Tout parle dans l'univers ; il n'est rien qui n'ait son langage.

Alles spreekt in het heelal. Er is niets dat niet zijn taal heeft.

- La Suède a sa propre langue.
- La Suède a son propre langage.

Zweden heeft zijn eigen taal.

Il n'y aurait pas de pensées s'il n'y avait pas de langage.

Indien er geen taal was, dan waren er ook geen gedachten.

- La Suède a son propre langage.
- La Suède dispose de sa propre langue.

Zweden heeft zijn eigen taal.

- La musique est une langue commune pour l'humanité.
- La musique constitue le langage universel.

Muziek is de universele taal.

- Une langue peut être utilisée de diverses manières.
- Le langage peut-être employé de diverses manières.

- Een taal kan op verschillende manieren gebruikt worden.
- Een taal kan op verschillende manieren worden gebruikt.

- Elle ne comprend pas l'argot des jeunes.
- Elle ne comprend pas le langage de rue des jeunes.

- Zij verstaat de straattaal van jongeren niet.
- Zij begrijpt de straattaal van jongeren niet.

- Fais attention à ce que tu dis !
- Veille à ton langage !
- Fais attention à ce que tu dis !

Let op je woorden!

- La Suède a sa propre langue.
- La Suède a son propre langage.
- La Suède dispose de sa propre langue.

Zweden heeft zijn eigen taal.

- Dans mon langage, les notes de musique sont do, ré, mi, fa, sol, la et si.
- Dans ma langue, les notes de musique sont do, ré, mi, fa, sol, la et si.

In mijn taal zijn de muzieknoten do, re, mi, fa, sol, la en si.