Examples of using "Inclus" in a sentence and their dutch translations:
Vullingen inbegrepen.
Zijn maaltijden inbegrepen?
Is het ontbijt inbegrepen?
Er zijn zes mensen, inclusief hem.
Het vervoer is inbegrepen bij aankopen in contanten.
Is de prijs inclusief ontbijt?
Is de prijs inclusief ontbijt?
Tickets zijn geldig voor twee dagen, inclusief de dag waarop ze zijn aangekocht.